Ten onrechte ontslagen Van Galen alsnog achtervolgd door boetes

12 juli 2001

Twee maanden geleden werd Martijn van Galen door zijn club RBC Roosendaal op staande voet ontslagen. Ten onrechte, besliste deze week de Arbitragecommissie van de KNVB: de club diende alle financiële verplichtingen ten opzichte van de aanvaller na te komen. RBC bleek echter een slecht verliezer. Middels de hoogst mogelijke boetes tracht de club de inmiddels voor KV Mechelen spelende aanvaller alsnog te achtervolgen.
Irritaties stapelden zich gedurende het gehele jaar op tussen Martijn van Galen en de Roosendaalse clubleiding. De speler begreep dat het beter was om een nieuwe club te zoeken en tekende in april voor KV Mechelen. Maar in zijn laatste wedstrijd voor RBC werd het de aanvaller even teveel. Zijn vernederende wissel vlak voor tijd, de provocaties van de eigen sponsors (!), voor één moment was het teveel gevraagd om zijn teleurstelling voor zich te houden.

De clubleiding liet kennelijk haar oren hangen naar de sponsorbelangen en ontsloeg Van Galen op staande voet.Van Galen schakelde de hulp in van de VVCS en namens de spelersvakbond kaartte mr Wil van Megen van FNV Ledenservice de zaak aan bij de Arbitragecommissie van de KNVB.

Op de zitting in Zeist werden Van Galen en de VVCS door de Arbitragecommissie van de KNVB volledig in het gelijk gesteld. De Arbitragecommissie meende dat er geen enkele rechtvaardiging te vinden was voor het gegeven ontslag op staande voet. De club werd verplicht alsnog alle financiële verplichtingen na te komen ten opzichte van de aanvaller.

Van Galen en de VVCS toonden zich uiterst tevreden over de uitkomst. Met een gezuiverd blazoen leek Martijn van Galen deze maand een nieuwe start te kunnen maken bij KV Mechelen. Totdat vandaag de hoogste mogelijke boete bij Van Galen op de deurmat plofte. De aanvaller nam opnieuw de VVCS in de arm, die de Roosendaalse club inmiddels heeft aangeschreven over deze onverkwikkelijke affaire.