Arbitragecommissie KNVB straft fout opzetje Sparta hard af

9 maart 2011

Eind vorig seizoen onderhandelden AZ en Sparta over een mogelijke dubbele transfer van Erik Falkenburg en Nick Viergever. Beide spelers hadden een nog doorlopend contract; Viergever nog één seizoen en Falkenburg nog twee. Mede daarom was de door AZ voor Erik Falkenburg geboden afkoopsom ruim twee keer zo hoog als die voor zijn collega Viergever. Uiteindelijk werd tussen de clubs overeenstemming bereikt over een totale afkoopwaarde van beide contracten en wel voor een bedrag van € 2.000.000,–.

Het Sparta contract van Erik Falkenburg kende een zogenaamde meedeelclausule. Alle betrokkenen gingen er dan ook vanuit dat zijn oude club keurig met hem zou afrekenen. Zo niet Sparta. De Sparta directie besloot namelijk haar toevlucht te nemen tot een kunstgreep, die er toe zou moeten leiden dat de club het aan Erik Falkenburg toegezegde percentage in de eigen zak zou kunnen houden. Men bevestigde AZ weliswaar in te stemmen met het totale bedrag, maar stelde daarbij plotseling een geheel nieuwe verdeling vast. De afkoopwaarde van het Falkenburg contract werd even plotseling als spontaan meer dan substantieel verlaagd, gelijk die voor het Viergever contract werd verhoogd. Laatstgenoemde had namelijk geen meedeelpercentage in zijn contract. Zowel zaakwaarnemer Arnold Oosterveer van Soccer Vision, als de VVCS kwalificeerden dit als een niet acceptabele benadeling van Erik Falkenburg. Sparta bleek echter niet te vermurwen en was zelfs niet bereid om te praten over een compromis.

Voor de VVCS restte toen niets dan haar advocaat mr Wil van Megen te vragen de de gang naar de Arbitragecommissie van de KNVB te maken. Advocaat Van Megen betoogde voor de Commissie dat hier sprake was van een niet toelaatbare koppelverkoop en vroeg de Commissie Sparta dwingend op te leggen haar contractuele verplichtingen jegens de speler na te komen. Ter ondersteuning van zijn pleidooi wees hij de leden van de Commissie ook op eerdere, vergelijkbare internationale uitspraken van de DRC en CAS. De Commissie volgde Van Megen volledig. Zij stelde vast dat ook Sparta bij de uitvoering van het met Falkenburg gesloten contract de redelijkheid en billijkheid in acht heeft te nemen. Ook de Commissie achtte het hierbij volstrekt ongeloofwaardig dat de afkoopwaarde voor Falkenburg in zo’n korte periode zo sterk gedaald zou kunnen zijn. De Commissie kwalificeerde het gedrag van Sparta als in strijd met de gerechtvaardigde belangen van de speler en verplichtte haar het overeengekomen percentage alsnog volledig uit te betalen.

VVCS directeur Louis Everard over deze uitspraak: “Dit is werkelijk een even principiële als belangrijke uitspraak. Het onoirbaar schuiven met afkoopsommen bij dubbele transacties tussen clubs behoort hiermee definitief tot het verleden. Sparta probeerde niets anders dan door een foute packagedeal Erik Falkenburg zwaar te benadelen. Hiervoor heeft zij gelukkig niet de ruimte gekregen”.