Afgelopen woensdag vlogen VVCS directeur Louis Everard en stafmedewerker Ad Dieben naar Madrid om daar een dag te brainstormen met de collegae van de Spaanse (AFE), Italiaanse (AIC) en Portugese (SJPF) spelersvakbonden.
Deze bijeenkomst diende weliswaar mede als voorbereiding op de aanstaande vergadering van de Europese Divisie van de FIFPro, maar kreeg al snel de vorm van een uitgebreid VVCS college over hoe de rechten van spelers zo goed als mogelijk te waarborgen. Het in Nederland gehanteerde standaard spelerscontract, onze CAO met daarin de garantie van een contract ook bij arbeidsongeschiktheid, de Centrale Spelersraad en het Nederlandse licentiesysteem inclusief sancties bij het te laat betalen van salaris en CFK afdrachten, deed de Zuid-Europese collegae knipperen met de ogen.
Met name in Spanje was het failliet gaan en daarna simpel doorstarten van clubs een beproefde methode. Het aantal spelers met salarisachterstanden was werkelijk bizar, hetgeen deze zomer ook de aanleiding was voor een landelijke spelersstaking. Met dit paardenmiddel heeft de AFE een garantiefonds kunnen afdwingen.
In Italië worstelt de bond met een CAO partner die wenst te tornen aan allerhande (basic) spelersrechten. Daar probeert men echt jaren terug te gaan in de tijd en wordt er bijvoorbeeld weer openlijk gesproken over het verplicht accepteren van een aangeboden contract.
In Portugal heeft men problemen met het bovenmatige aantal buitenlandse spelers. Daar is men kennelijk nogal creatief met dubbele paspoorten. Feit is wel dat er een hele lichting jonge Portugese profs het uitermate lastig heeft om emplooi te vinden.
Frappant is daarentegen wel dat er bijvoorbeeld in Spanje weer raar aangekeken wordt tegen onze televisierechtenprocedure. Het door de spelers redelijk meedelen in die opbrengsten is iets dat daar al heel lang algemeen geaccepteerd is.