Frank Paauw, KNVB: ‘De politieke waardering voor het voetbal kan groter.’

3 januari 2025

FOTO: SOCCRATES IMAGES

Hij is een man die zijn strepen heeft verdiend. Niet alleen bij de politie, maar ook in de (internationale) voetbalwereld. En al zestig jaar bindt hij zelf de kicksen onder. Tegenwoordig op zondagen, als zijn werk het toelaat. ‘Voetbal loopt als een rode draad door mijn leven.’

Tekst: Rick van Leeuwen

Op een mistige najaarsochtend stapt Frank Paauw (65) de kantine in van Graaf Willem II VAC, de amateurvereniging op de grens van Wassenaar en Den Haag. De club waar hij alweer vijftien jaar voetbalt in een veteranenelftal. ‘Ik ben een matige voetballer met een aardige tackle en een voorliefde voor natte grasvelden’, vertelt hij glimlachend, met een kartonnen bekertje koffie in de hand, een blik naar buiten. ‘Van dit type weer word ik enthousiast, dus ik zou bijna willen vragen, hoe laat gaan we het veld op?’

Voormalig politiechef Frank Paauw is officieel per 1 september de voorzitter van de KNVB; in die functie vormt hij met directeur-bestuurder Betaald Voetbal (Marianne van Leeuwen) en directeur-bestuurder Amateurvoetbal (Jan-Dirk van der Zee) het bondsbestuur. Hoe beleeft hij zijn eerste periode? Welke ervaring neemt hij mee uit zijn lange loopbaan bij de politie? In hoeverre is hij thuis in de voetbalwereld? Welke visie heeft hij op het voetbal in Nederland?

Herdenking Johan Neeskens
Het interview vindt plaats in de bestuurskamer. Mogelijk worden ze straks wel onderbroken door de ledenadministrateur, die vaak in deze ruimte haar werk doet. ‘Dan maken wij plaats hoor!’ zegt Paauw meteen. ‘Ik ga Els niet in de weg zitten.’

Het is de tweede helft van oktober, vanwege zijn vakantie is de nieuwe bondsvoorzitter eigenlijk pas toe aan zijn vierde werkweek. Met als belangrijkste gebeurtenis de herdenking van Johan Neeskens, afgelopen maandag op de KNVB Campus in Zeist. ‘Een indrukwekkende bijeenkomst’, blikt Paauw terug. ‘Naast de voetballer en de trainer kwam ook heel goed de bescheidenheid van hem als mens naar voren. Een hele bijzondere avond. De familie vond het mooi en waardig, dat is het belangrijkste. Mooi dat we dat als KNVB konden faciliteren.’

Speciaal voor deze gelegenheid hield Paauw als bondsvoorzitter een toespraak, de eerste in zijn nieuwe functie. ‘In een line-up met Frank Rijkaard en Jan Mulder past dan wel enige terughoudendheid en bescheidenheid. Ik was me ook bewust van het publiek dat ik voor me had, een zaal vol voetballers onder elkaar, met een band voor het leven, omdat ze samen op het veld hebben gestaan, gereisd hebben, kleedkamers hebben gedeeld. Dus een beetje gezonde wedstrijdspanning voelde ik wel.’

Teamplayer
Eind mei kwam het nieuws naar buiten dat Frank Paauw was benoemd tot de nieuwe voorzitter van de KNVB. In zijn eigen woorden een ‘bijzondere en eervolle kans’. ‘Ik was van plan tot de laatste dag bij de politie te blijven en dat vonden ze daar ook een goed plan, dus ik hoefde niet weg’, vertelt Paauw, die door mensen zijn directe omgeving werd gewezen op de openstaande vacature. ‘Dat leek me eerst meer iets voor echte voetbalmensen, die jarenlang clubs hebben geleid en geworteld zijn in met name het betaalde voetbal. Maar er werd niet specifiek om een echte voetbalbestuurder gevraagd, meer wel om aantoonbare ervaring in en affiniteit met zowel het amateur- als betaald voetbal. En zo waren er meer criteria waaraan ik voldeed. Op de laatste dag heb ik besloten te solliciteren. Ik ben dus niet benaderd.’

Na een open procedure, met meerdere kandidaten, droeg de selectiecommissie hem uiteindelijk voor als bondsvoorzitter. Met als aanprijzingen onder meer: ‘Een resultaatgerichte teamspeler, die de leiding kan nemen en tegelijkertijd ruimte kan laten aan anderen.’ ‘Gepokt en gemazeld als leider in een buitengewoon complex, maatschappelijk uiterst relevant krachtenveld.’ ‘Een verbinder, met het vermogen daadkrachtig op te treden als de situatie daarom vraagt.’ ‘Daadkracht die hij dan koppelt aan empathie én rust.’ En: ‘Hij kent de taal van de straat en het vocabulaire van de wandelgangen.’

Tijdens de bondsvergadering kreeg hij na één stemronde de meeste steun voor zijn benoeming (31 van de 58 uitgebrachte geldige stemmen). Vooraf was wel de nodige weerstand op zijn aanstelling, met name vanuit supporterscollectieven. ‘Die vreesden dat er een nieuwe veiligheidssheriff zou komen als voorzitter van de KNVB.’ Maar tijdens een symposium van het Supporterscollectief in september kreeg Paauw al het gevoel dat de scherpe randjes van dat sentiment af waren. ‘Mijn functie heeft veel meer een internationaal en toezichthoudend karakter en ik ben niet operationeel verantwoordelijk. Dat heb ik bij het symposium goed kunnen uitleggen, tijdens een interview van drie kwartier met journalist Sjoerd Mossou en met mensen uit de zaal.’

Bekend gezicht in voetballerij
Deze benoeming betekende het einde van zijn 42-jaar lange en veelomvattende carrière bij de politie, waarvan de laatste vijf jaar als hoofd van de Amsterdamse politie en daarvoor negen jaar van het Rotterdamse politiekorps. Een loopbaan waarin hij gewend was om 24/7 in een stand van paraatheid te staan, zeker als chef in die grote steden, waar het elke dag spannend is wat er gaat gebeuren. ‘Mijn telefoon stond altijd aan en dat vond ik ook leuk. Ik zal niet zeggen dat ik een adrenalinejunk ben, maar ik heb het tot op de laatste dag leuk gevonden en ik mis het wel, maar ik laat het makkelijker los dan ik had verwacht. Het is natuurlijk ook zo dat ik anders volgend jaar bij de politie was weggegaan. Aan alles komt een eind. Dit hoort ook bij de fase van mijn carrière.’

Deze nieuwe functie betekent wellicht ook dat hij vaker (op zondagochtend) zal kunnen voetballen. ‘Ik kon vaak niet vanwege mijn werk,’ vertelt Paauw, die op zijn zesde begon met voetballen bij Limvio (in Baarn) en later ook nog bij Xerxes (in Rotterdam) speelde, waar Coen Moulijn zelfs een keertje met zijn team meedeed. ‘Als we voetballen, hoop ik altijd dat we op een grasveld mogen spelen, omdat ik daar veel vrolijker van wordt. Zeker als het dan zachtjes regent. Zoals laatst bij een uitwedstrijd. De spits was er al voorbij, maar met een laatste tackle kon ik nog net die bal wegtikken. Echt een geweldig gevoel.’

Dat ze bij Graaf Willem II VAC nu de bondsvoorzitter in hun midden hebben, is de club uiteraard niet ontgaan. En zijn team ook niet. ‘Er wordt weleens een grapje over gemaakt, maar het valt erg mee hoor. En laatst gebeurde er wel iets moois. Iemand die ik ken, werd tot erelid benoemd. Toen zei onze aanvoerder (ook de voorzitter van onze club) dat het wel leuk zou zijn als ik die avond even aansloot bij de bestuursvergadering om die man een hand te geven, “want dan kan ik in mijn toespraak zeggen dat speciaal voor deze gelegenheid zelfs de bondsvoorzitter van de KNVB van de partij is” zei hij. Heerlijk toch? En jazeker, ik was ook aanwezig.’

FOTO: SOCCRATES IMAGES

Groot netwerk
Hoewel hij nooit een officiële functie in de voetballerij heeft bekleed, is Paauw zeker geen onbekende in de voetballerij; zowel in binnen- als buitenland is hij een bekend gezicht. Door zijn grote ervaring met voetbalevenementen en intensieve samenwerking met toernooiorganisaties heeft Paauw in de loop der jaren een groot netwerk opgebouwd. Hij was stadioncommandant in de Kuip tijdens EURO 2000, veiligheidsadviseur bij de EK’s die volgden (t/m 2016) en de afgelopen vijftien jaar was hij ‘portefeuillehouder betaald voetbal’ vanuit de politie.

‘Dat netwerk maakt het makkelijker om bij bepaalde mensen aan te kloppen. En de opgedane ervaring maakt het makkelijker om je te kunnen verplaatsen in de mogelijkheden en onmogelijkheden. Als lid van de driehoek in Rotterdam en Amsterdam heb ik ook gezien wat het betekent om een grote club te leiden met in de achterban een harde kern. Wat het ook voor die mensen zelf betekent, op persoonlijk gebied. Ik heb van dichtbij meegemaakt hoe alle processen lopen, de verhoudingen liggen en hoe je daarmee omgaat. Kortom, wat zich achter de schermen allemaal afspeelt en wat de overwegingen zijn om, bijvoorbeeld, wel of geen huldiging op de Coolsingel te vieren na zeventien jaar. Of wat het voor clubs betekent om in een strak schema risicowedstrijden te spelen.’

Vanaf nu zit hij vanuit een hele andere hoedanigheid in het stadion dan in de jaren ervoor, waar de openbare orde altijd zijn voornaamste aandachtspunt was. ‘Voor mij is dat nu een stuk rustiger natuurlijk. Bij internationale wedstrijden ben ik nu aanwezig als vertegenwoordiger van het Nederlandse voetbal. Hiervoor had ik meer aandacht voor de tribunes dan voor het veld. Na al die jaren had ik daar ook wel een scherp oog voor natuurlijk. Bij rare bewegingen in een vak belde ik dan met de commandokamer. Maar ik kan dat prima naast me neerleggen hoor, merkte ik al tijdens het EK. Dat is niet meer aan mij. Daar ben ik me goed bewust van.’

Maatschappelijke rol van voetbal
In de bondsvergaderingen, waar Paauw voorzitter van is, komen onderwerpen op tafel die het amateurvoetbal en betaald voetbal overstijgen. ‘Internationaal gezien kan dat gaan over het kandidatuurschap voor toernooien of over de positie van het Nederlandse voetbal. Dichter bij huis komen aspecten aan bod zoals afnemende bereidheid van vrijwilligers bij amateurclubs, het tekort aan scheidsrechters, oplopende wachtlijsten voor jeugdspelers en de tweedeling in de maatschappij, die we ook terugzien op het veld.’

Dat brengt Paauw op de maatschappelijke rol van het voetbal, de maatschappelijke waarde. ‘De politieke waardering voor het voetbal in brede zin kan groter. Alleen al vanwege de doorwerking van voetbal op het gebied van samen spelen, gezondheid, teambuilding en karakterbuilding. De waardering voor het betaald voetbal kan ook groter. Als het goed gaat met het Nederlands elftal, staan we met zijn allen te juichen. Kijk ook wat voetbal bijdraagt aan het bruto nationaal product en wat voetballen betekent in onze eigen cultuur. Dat is heel veel. En dan vind ik de waardering vanuit de politiek wat te eenzijdig en selectief.’

Zonder breedtesport is er geen topsport, stelt Paauw. ‘Daarom is het ook wel een beetje een voordeel gebleken dat ik altijd ben blijven voetballen. Dan krijg je wel mee wat zo’n amateurclub allemaal doet en wat de maatschappelijke ontwikkelingen zijn. Denk aan toenemende agressie, gebrek aan acceptatie van beslissingen en gedrag van ouders langs de lijn. Daar speelt het betaalde voetbal ook een rol, vind ik.’

Tegelwijsheid
Paauw doelt op de voorbeeldfunctie van voetballers en trainers. ‘Laat ik het positief stellen: dat voorbeeldgedrag in de topsport is heel bepalend voor wat wij zien in het amateurvoetbal, in de breedtesport. Die doorwerking is niet te onderschatten. De nieuwe maatregel dat alleen aanvoerders tegen de scheidsrechter mogen praten, werkt nu redelijk goed. Dit signaal vingen we gisteren ook op tijdens een meeting met amateurvertegenwoordigers. Maar zodra dit bij de profs weer gaat verzanden, verzandt het op de amateurvelden ook weer. Jeugdspelers, kinderen en volwassenen, kijken wat daar gebeurt. Beginnende trainers kijken naar wat BVO-trainers langs de lijn doen. We moeten ons ervan bewust zijn dat de voorbeeldfunctie van topsporters en -trainers heel bepalend is. En dan komt de tegelwijsheid die ik ook altijd hanteerde bij leidinggeven bij de politie: mensen doen niet wat je zegt, die doen wat jij doet.”